Pensioenfonds ABP heeft in de eerste helft van 2021 ruim 33% rendement gemaakt op grondstoffen. De winst op deze categorie draagt bij aan de dekkingsgraadstijging van 4%-punt bij het fonds afgelopen kwartaal.
Dat blijkt uit het kwartaalbericht van ABP, dat het fonds donderdag naar buiten bracht. Collega-bpf’en PFZW en BpfBouw verkochten hun grondstoffenbeleggingen onlangs juist: PFZW in 2020 en BpfBouw dit jaar.
ABP heeft nu als enige van de grote fondsen nog een forse blootstelling aan grondstoffen: 5,8% van het vermogen. In 2020, het aanvangsjaar van de coronacrisis, leed het fonds nog stevig verlies op die positie: -20,5%. Dit jaar is er echter een rally op de commoditymarkt: beleggers zetten in op de heropening van de economie, waardoor de prijzen van allerlei grondstoffen – olie, gas, ijzererts, koper, mais, graan – met tientallen procenten zijn gestegen.
Die prijsrally bezorgde ABP in het tweede kwartaal een rendement van 13,4% op de grondstoffenpositie. Over de eerste helft van 2021 gemeten is de winst zelfs 33,4%. In euro’s kon het fonds zo’n €8,2 mrd bijschrijven in die periode. De totale positie is nu zo’n €30 mrd, op een totaal vermogen van €523 mrd.
PFZW verkocht grondstoffen vorig jaar
De andere grote bedrijfstakpensioenfondsen beleggen niet meer in grondstoffen. PMT en PME verkochten hun belangen in 2013 en 2014 al. PFZW deed datzelfde vorig jaar. Eind 2019 zat het zorgfonds nog voor €8,6 mrd in grondstoffen (3,5% van de portefeuille).
PFZW was al eerder begonnen met afbouwen: het fonds was in 2018 tot het oordeel gekomen dat de categorie ‘te weinig toegevoegde waarde’ heeft, onder meer omdat het diversifiërende effect de laatste jaren minder sterk bleek. Naar aanleiding van de lage olieprijzen van dat moment, besloot PFZW in 2020 de verkoop te versnellen. In 2020 behaalde PFZW een negatief rendement van 46,7% op grondstoffen.
Pensioenfonds Bouw verkocht zijn belang van 4% (€2,9 mrd) in grondstoffen onlangs ook, in de loop van 2021, meldt een woordvoerder bij navraag. In 2020 leed ook dit fonds fors verlies op grondstoffen: -23,2%. In de eerste helft 2021 wist het fonds, ondanks de gefaseerde verkoop, nog wel mee te profiteren van de rally, met een rendement van 35,6%.
APG, vermogensbeheerder voor onder meer ABP en BpfBouw, plaatste begin dit jaar een interview met hoofd grondstoffenbeleggingen Peter Verbaken. Het artikel merkt op dat er ‘stalen zenuwen’ nodig zijn voor deze categorie, gezien de volatiliteit. Maar volgens Verbaken leveren grondstoffen wel risicospreiding op, waardoor ‘de meeste klanten’ van APG er graag voor een klein percentage in beleggen.
BpfBouw, klant bij APG, past nu echter toch voor grondstoffen. ‘Hoewel commodities diversifiërend zijn in de beleggingsportefeuille, vond BpfBouw de case voor beleggen in grondstoffen niet langer overtuigend. De case is beoordeeld binnen ons ’vierkant’: risico, rendement, kosten en ESG’, laat een woordvoerder weten.
Rendement ABP 4,6%
De winst op grondstoffen droeg bij aan het totaalrendement van 4,6% bij ABP over het tweede kwartaal. De vermogenswinst maakte een licht dalende rente meer dan goed. De dekkingsgraad bij ABP steeg aldus van 100,5% eind eerste kwartaal naar 104,6% eind tweede kwartaal. Van die verbetering van 4%-punt kwam bijna de helft in juni.
Bij de andere fondsen zijn de winsten iets lager. Het rendement over het tweede kwartaal was bij PFZW 3,7%, bij BpfBouw 3,6%, bij PMT 3,4%, en bij PME 2,9%. Dat leidde tot een stijging van de dekkingsgraad van 2,3%-punt (PME) tot 4,3-%punt (BpfBouw).
Alle vijf grote fondsen staan nu boven 100% dekkingsgraad. BpfBouw staat met 120,8% op eenzame hoogte. Daarna volgen ABP (104,6%), PME (104%), PMT (101,5%) en PFZW (100,9%).
Aandelen en private equity
Alle fondsen profiteerden van mooie rendementen op aandelen en private equity. Private equity rendeerde rond 9% bij ABP, PFZW en PME, aandelen 6%. PMT splitst deze categorieën niet op, maar samen rendeerden ze 7,3%.
Op de matchingportefeuilles melden de metaalfondsen enkele tienden van procenten winst. PFZW rapporteert een klein verlies op staatsobligaties (-1%), tegen 2% winst op credits (high yield, obligaties opkomende markten, hypotheken, credit ). ABP behaalde 1% rendement op de totale portefeuille vastrentende waarden.