Direct naar inhoud

IJsland stoot Nederland van de pensioentroon

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd op: 19 oktober 2021

Nederland heeft volgens de Mercer-ranglijst niet langer het beste pensioenstelsel ter wereld. De score van Nederland is op zich niet verslechterd. Maar IJsland, nieuw in de ranglijst, doet het volgens Mercer nog beter.

Dat blijkt uit de nieuwste editie van de zogeheten Mercer CFA Institute Pension Index. Dit is de bekendste ranglijst van de kwaliteit van nationale pensioenstelsels. Nederland bezette in 2018, 2019 en 2020 de eerste plek.

In de editie van 2021 is voor het eerst IJsland meegenomen in de lijst van 43 onderzochte landen. Dat land komt meteen binnen op nummer één. IJsland, met 360.000 inwoners, heeft volgens Mercer een ‘relatief ruimhartig’ staatspensioen, evenals een privaat pensioensysteem met hoge inleg en deelname van alle werknemers.

Huishoudschuld en arbeidsparticipatie

Dat IJsland Nederland heeft gepasseerd, komt niet door een achteruitgang in Nederland. De score voor ons land verbeterde in 2021 juist licht. Maar vergeleken met Nederland doet IJsland het net wat beter op de criteria ‘toereikendheid’ en ‘houdbaarheid’ bij Mercer.

Toereikendheid gaat over hoeveel pensioen mensen hebben. De betere score van IJsland komt onder meer door wat lagere schulden bij huishoudens. Mercer beoordeelt de pensioenen in een land in brede zin: behalve naar de eerste en tweede pijler wordt ook gekeken naar eigen spaargeld, huizenbezit, schulden, enzovoorts.

Houdbaarheid heeft betrekking op de mate waarin pensioenen betaalbaar blijven op lange termijn. IJsland heeft onder meer een wat hogere arbeidsparticipatie bij 55-plussers dan Nederland.

Op het derde criterium, ‘integriteit’ – wat over bijvoorbeeld kwaliteit van regelgeving en governance gaat – is de score van Nederland weer wat hoger. In IJsland is het private systeem echter ook goed ontworpen en wordt het goed bestuurd, vindt Mercer.

Toeristen bekijken een uitbarsting van de geiser Strokkur in IJsland. Foto Getty.

Kleine verschillen

De verschillen binnen de top drie zijn klein: IJsland scoort in totaal 84,2 punten in de ranglijst, Nederland 83,3. Derde is Denemarken (82 punten), dat voor 2018 jarenlang nummer één was.

Mercer schrijft zelf in het rapport dat een verschil van minder dan twee à drie punten betekent dat ‘men niet met al te veel zekerheid kan zeggen dat het ene systeem beter is dan het andere’. Dat komt doordat de data over stelsels op bepaalde punten moeilijk te vergelijken zijn.

IJsland, Nederland en Denemarken krijgen van Mercer daarom allemaal de ‘A-status’ van een ‘eersteklas pensioensysteem’. De gemiddelde score onder de onderzochte landen is 61. Thailand haalt de laagste score (40,3).

Iets beter score Nederland

De verbetering in de score van Nederland tussen 2020 en 2021 is ook klein: het ging van 82,6 naar 83,5. Toereikendheid en houdbaarheid namen een klein beetje toe, de score op integriteit viel iets lager uit.

De veranderingen in de onderliggende deelscores hebben eerder met macro-economische factoren te maken (besparingen huishoudens, overheidsschuld, economische groei), dan met specifieke eigenschappen van het pensioenstelsel. Bij ‘integriteit’ bespeurt Mercer onder meer iets minder daadkracht van de politiek dit jaar, evenals een wat gedaald vertrouwen daarin. Ook dat weegt mee in het algehele oordeel van Mercer over de pensioenvoorziening van een land.

Zorg voor kinderen

Een pensioeninhoudelijk punt dat Nederland dit jaar zwaarder wordt aangerekend, zijn onvoldoende mogelijkheden voor voortzetting van pensioenopbouw bij mensen die vrij nemen om voor jonge kinderen te zorgen. Dit draagt bij aan het ontstaan van een ‘pensioenkloof’ in de opbouw tussen mannen en vrouwen, aldus Mercer.

Verbetering op dit punt is een van de aanbevelingen in het rapport voor Nederland. Andere adviezen die Mercer Nederland geeft zijn verlagen van de schulden bij huishoudens en vergroten van de besparingen, evenals het vergroten van de arbeidsparticipatie onder ouderen.