Pensioenfondsen willen toegang tot mailadressen die de overheid van hun deelnemers heeft, maar vragen daar tot nu toe tevergeefs om. SBZ Pensioen kan slechts de helft van zijn deelnemers digitaal bereiken en trekt aan de bel.
Goed opgezet, adequate antwoorden, maar geen geruststelling voor de toekomst en te vergoelijkend over de grepen in de kas door de overheid. Dat vindt deelnemer Kees van Wijk van de deelnemersbijeenkomst van ABP, deze week in Ridderkerk. ‘Graag meer en langere bijeenkomsten.’
In pensioencommunicatie is te eenzijdig aandacht voor beleggingsrisico, vindt hoogleraar persoonlijke financiële planning Henriëtte Prast. Voor deelnemers is het belangrijker dat zij na pensionering kunnen kopen wat op hun wensenlijstje staat.
Psycholoog en computerwetenschapper Dan Goldstein gelooft in virtual reality om werknemers aan te sporen meer opzij te leggen voor hun pensioen. Zolang het Nederlandse stelsel nog weinig keuze biedt, kunnen digitale hulpmiddelen volgens hem het beste worden ingezet voor het beïnvloeden van de pensioenleeftijd.
Mogelijkheden om pensioencommunicatie te verbeteren met hulp van technologie zijn er volop. Voorbeelden van innovatieve inzet van digitale middelen zijn er ook, maar die worden vooralsnog niet massaal benut. Laat staan dat er zicht is op uniformiteit in de communicatie.
Pensioen blijft een lastig onderwerp van gesprek, zowel in de communicatie naar de deelnemers als in de media. Toch wordt praten over pensioen steeds belangrijker, zo blijkt uit een rondetafelgesprek met vier pensioenfondsbestuurders en -directeuren.
Pensioenfondsen moeten dit jaar een reële dekkingsgraad gaan rapporteren. Maar over de definitie is discussie. Leidt de wettelijk definitie niet tot een overschatting?
De communicatie over het pensioen tijdens de opbouw gaat tegenwoordig best aardig, schrijft Peter Kraneveld. Maar als er uitgekeerd moet worden, dan wordt het ingewikkeld, met wisselende ingangsdata en belastingperikelen. Helemaal voor wie in het buitenland woont.
Pensioenfondsen moeten oudere deelnemers meer bij de hand nemen en begeleiden naar het moment van pensionering, vindt de Autoriteit Financiële Markten.
‘Teleurgestelde plichtsgetrouwen’, ‘onbezorgde ontplooiers’, ‘rationele ondernemenden’: dat zijn enkele van vijf ‘pensioenpersoonlijkheden’ die APG ontwaart onder de Nederlandse pensioendeelnemers. Door aan te sluiten bij de persoonlijkheid en drijfveren van de deelnemer kunnen pensioenfondsen relevanter communiceren, denkt APG.
Staatssecretaris Klijnsma mikt verkeerd met de doelen voor pensioencommunicatie, meent Rob ten Wolde (AZL). In plaats van hoogdravende plannen voor persoonlijke financiële planners, moet ze deelnemers gewoon eens duidelijk maken dat er magere pensioenjaren aankomen.
Het Pensioenregister zou behalve voor actieve deelnemers en slapers ook beschikbaar moeten zijn gepensioneerden. Dat zegt Harman Korte, bestuurslid verantwoordelijk voor pensioen bij de AFM.
Nieuw vergelijkingstool voor pensioenregelingen moet ingewikkelde startbrief overbodig maken.
Philips heeft vorige week aan alle gepensioneerden van het bedrijf om steun gevraagd voor de splitsing van het bedrijf.
Pensioenfederatie en AFM beide tevreden; Raad van State heeft nog bedenkingen
Twitter, Facebook, LinkedIn. De deelnemers van pensioenfondsen zitten in groten getale op deze sociale netwerken. Moet het pensioenfonds meedoen? En hoe dan, en op welk netwerk?
Een pensioencheck- en planner waar 80% van de deelnemers ook daadwerkelijk op kijkt, en gemiddeld twaalf minuten lang. Het zijn statistieken waar pensioenfondsen van dromen, maar pensioenfonds UWV heeft het voor elkaar.
De UPO-brief: het merendeel van de Nederland gooit hem ongeopend weg. Maar als er een plaatje van een aandachtig lezend stel op de envelop staat, verdubbelt het aantal lezers. Dat is de macht van onderbewuste beïnvloeding.
De uitbreiding van het Pensioenregister moet niet te ingewikkeld worden gemaakt, omdat het niet zeker is of consumenten het dan nog begrijpen. Het toekomstige 'dashboard' zou daarom vooral basisinformatie moeten weergeven en pas in onderliggende lagen aanvullende gegevens moeten bieden.
Meer per e-mail en op de website, meer informatie over wat de deelnemers nu zelf moet doen, meer duidelijkheid over risico’s, en het meest ambitieuze: een indicatie van de koopkracht van het pensioen in de toekomst. Dit zijn de plannen van de overheid met pensioencommunicatie op een rijtje.