Toezichthouder De Nederlandsche Bank heeft het pensioenfonds van de Metalektro, PME, op 18 oktober laten weten akkoord te zijn met het voorgenomen besluit om voorlopig geen kortingsmaatregelen door te voeren.
Toezichthouder De Nederlandsche Bank heeft het pensioenfonds van de Metalektro, PME, op 18 oktober laten weten akkoord te zijn met het voorgenomen besluit om voorlopig geen kortingsmaatregelen door te voeren. Het bestuur van PME had hiertoe besloten omdat er gebaseerd op de situatie per 30 juni 2010 “geen beleidsmatige noodzaak en geen juridische basis is om per 1 januari 2011 over te gaan tot een feitelijke korting van de pensioenaanspraken.”
DNB heeft wel kanttekeningen geplaatst bij de rendementsverwachtingen die het fonds hanteert en bij de reserveringen die het doet om de gestegen levensverwachting op te vangen.
Op basis van de dekkingsgraad op 31 december wordt opnieuw geëvalueerd of het herstel op koers ligt. Is dit niet het geval, dan kan afstempelen alsnog nodig blijken. Deze kortingsmaatregelen zouden dan per 1 april 2012 in moeten gaan.
De dekkingsgraad van het metaalfonds bedroeg per ultimo september 94%; indien rekening wordt gehouden met de nieuwe prognosetafels inzake de levensverwachting, zal daar naar schatting nog eens 3 à 4 procent afgaan. De daadwerkelijke dekkingsgraad van PME, dat de pensioenrechten beheert van circa 680.000 deelnemers, zou dan dus uitkomen op circa 90%.
De lage dekkingsgraad staat in schril contrast tot de beleggingsresultaten. In het derde kwartaal 2010 behaalde PME een rendement van 7,5%. “Het cumulatieve rendement over de eerste drie kwartalen komt daarmee op een historisch hoge 16,1%,” zegt het fonds in een verklaring.
Door de lage rente stegen de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal met 1,7 miljard euro naar 25,2 miljard. De beleggingen namen ook fors toe met 1,6 miljard tot 23,7 miljard. Dit kwam voornamelijk door een stijging van de vastrentende waarden met 10,2%.
De vastrentende waardenportefeuille heeft de eerste drie kwartalen tezamen een rendement gegenereerd van 24,2%.
Het fonds waarschuwt dat de boekwaarde van de vastrentende waarden weer zal afnemen als de rente gaat stijgen, waardoor de rendementen onder druk komen te staan. Volgens PME is de lage rente van het moment niet alleen gevolg van de afgenomen inflatieverwachtingen en het toegenomen economische vertrouwen, maar ook van kunstmatige effecten – zoals de onevenredig grote vraag naar langlopende obligaties door pensioenfondsen die hun renterisico trachten af te dekken, en het opkopen van obligaties door overheden om de economie te stimuleren.
Aandelen rendeerden in het derde kwartaal 8,1%. Vastgoed leverde 0,9% op – ietsje meer dan de 0,6% van het voorgaande kwartaal – terwijl alternatieve beleggingen niet meer opbrachten dan 1,3%. Het belegd vermogen van PME is het derde kwartaal gestegen naar 23,7 miljard euro.
U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te plaatsen.