Direct naar inhoud

‘Professioneel bestuur “over the top” voor beginnend APF’ — artikel bevat een betaalmuur

Dit artikel heeft een betaald toegangsblok, wat betekent dat je een deel van de inhoud pas kunt lezen als je bent ingelogd en een geldig abonnement hebt.

Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd: 24 februari 2014
De inhoud van dit artikel is gemigreerd. Lijkt er iets mis te gaan, of onderdelen te missen? Neem dan contact met ons op.

Ook Syntrus Achmea pleit voor vrijheid in keuze bestuursmodel

article_60021_1.jpg

“Een gedwongen keuze voor een professioneel bestuur kan het succes van het Algemeen Pensioenfonds (APF) in de weg staan. Want in aanvang – vanuit de start van een leeg pensioenfonds, bijvoorbeeld – zal een professioneel bestuur “over the top” zijn.” Dat stelt Syntrus Achmea in zijn reactie op het consultatievoorstel voor het APF.

Net als de Pensioenfederatie vindt de pensioenuitvoerder dat een APF moet kunnen kiezen uit elk van de vijf bestuursmodellen en niet uitsluitend uit onafhankelijk of onafhankelijk gemengd. Ook vakcentrales FNV, CNV en MHP en werkgevers verenigd in VNO-NCW en MKB Nederland vinden dat.

Volgens de Pensioenfederatie heeft die beperking in bestuursmodellen eerder het multi-ondernemingspensioenfonds (multi-opf) gefrustreerd. Syntrus Achmea denkt dat de beperking succes van het APF in de weg kan staan en wijst op de kosten van onafhankelijk bestuur dat de facto professioneel is. “Bij een startend APF zouden de kosten die verbonden zijn aan een professioneel bestuur te zwaar drukken op de totale uitvoeringskosten.”

Net als Actal plaatst Syntrus Achmea vraagtekens bij de vergunningplicht voor een APF. “Het APF doet straks niets anders dan wat een multi-opf nu al doet of wat een bedrijfstakpensioenfonds dat voor meer sectoren werkt nu al doet. De vergunningseis werpt nodeloos een drempel op en kan bovendien het snel operationeel maken van het APF in de weg staan.”

Een andere drempel is dat pensioenfondsen niet kunnen samengaan in een APF. Althans: de pensioenuitvoerder kan dat niet duidelijk opmaken uit het consultatievoorstel. En dat was toch wel duidelijk de bedoeling, toen APF nog Algemene Pensioeninstelling en later multi-pensioenfonds heette. “Dit maakt dat het APF juist snel slagvaardig kan zijn.”

Syntrus Achmea vindt verder dat een APF de mogelijkheid moet krijgen om vrijwillige aanvullende pensioenregelingen uit te voeren zonder dat het de basisregeling uitvoert. Aangezien een APF vermogens uit basisregeling en aanvullende regelingen toch al moet scheiden (ringfencing) is er geen goede reden dit te verbieden.

Concreet voorbeeld is de netto spaarregeling uit het pensioenakkoord. Voor inkomen boven de honderdduizend euro geldt vanaf 2015 de omkeerregel niet meer, maar kunnen werknemers wel netto 1,875 procent van het surplus sparen. Een APF kan dat prima doen, aldus de pensioenuitvoerder. Het kabinet sluit vooralsnog pensioenfondsen echter uit van netto spaarregelingen.

Scheiding van werkkapitaal en eigenaarschap daarvan is nu niet erg helder in het consultatievoorstel, aldus de pensioenuitvoerder. Bij verdere uitwerking is het wel nodig om duidelijker te omschrijven hoe een APF vermogens van verschillende collectiviteitskringen moet scheiden. Al is het maar omdat pensioenfondsen, ‘in tegenstelling tot wat wel wordt beweerd’ ook failliet kunnen gaan. Meer duidelijkheid over de afbakening is verder geboden voor het geval werkgevers uit het fonds willen vertrekken.

U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te plaatsen.