Bijna 40 procent van de Nederlandse fondsen staat voor een ‘strategische beslissing’ over de toekomst van hun uitvoering
Bijna 40 procent van de Nederlandse fondsen staat voor een ‘strategische beslissing’ over de toekomst van hun uitvoeringsorganisatie. Dat stelt Edward Snieder, directeur pensioenadvies bij KPMG.
Op basis van jaarlijks eigen onderzoek van pensioenadviseur KPMG onder honderd pensioenfondsen concludeert hij dat een kleine veertig procent – ofwel zo’n 150 pensioenfondsen – de uitvoering van de regeling op strategisch niveau zal moeten herbekijken.
Volgens KPMG onderschatten veel Nederlandse pensioenfondsen het effect van alle lopende ontwikkelingen op hun uitvoeringsorganisatie.
Door de nieuwe wet- en regelgeving, kostenbeheersing en schaalvergroting alsmede de vraag naar automatiseringssystemen die ook toegankelijk zijn voor externe partijen, zullen pensioenadministraties drastisch moeten worden aangepast.
Vaak gaat het daarbij om keuzes over de IT-omgeving die mogelijk leiden tot een systeemmigratie, aldus Snieder.
Volgens hem betreft het veelal tijdrovende en risicovolle aanpassingen, waarmee pensioenfondsen in het algemeen weinig ervaring hebben.
Het KPMG-onderzoek maakt duidelijk dat een kwart van de onderzochte pensioenfondsen verwacht op korte termijn geen aanpassingen te hoeven doorvoeren, en dat 40 procent wijzigingen in het systeem als regulier onderhoud beschouwt, aldus de pensioenadviseur.
Snieder stelt dat veel uitvoeringsorganisaties te kampen hebben met achterstanden, zoals de verwerking van waardeoverdrachten die zich hadden opgehoopt in de periode van te lage dekkingsgraden.
“Daarnaast hebben veel administraties te maken met historische ingewikkelde regelingen, die nooit optimaal zijn geautomatiseerd,” zegt hij.
U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te plaatsen.