Van de grote vijf bedrijfstakpensioenfondsen heeft alleen Bpf Bouw ruimte om dit jaar de pensioenen te verhogen. De andere vier hebben hiervoor te weinig geld in kas.
Nog geen toegang? Abonneer u op Pensioen Pro en krijg:
- Onbeperkt online toegang tot pensioenpro.nl
- Dagelijks pensioennieuws, -achtergronden en -opinie per e-mail
- Vier keer per jaar Pensioen Pro Magazine (inclusief Vermogensbeheergids) per post
- Volledig archief van Pensioen Pro en IPNederland vanaf 2009
1 reactie
De jaarlijkse premie-inkomsten van pensioenfondsen bedraagt ca. € 31 miljard.
Op het belegd vermogen van ruim € 1300 miljard realiseren de fondsen gemiddeld een netto rendement van ruim 5%. Dit levert een inkomstenstroom op van ca. € 65 miljard.
Aan pensioenuitkeringen zijn de fondsen jaarlijks tussen de €40 en € 45 miljard kwijt.
Ergo: op kasbasis neemt het pensioenvermogen met ca. €50 tot €55 miljard toe.
Het kernprobleem waarom fondsen mogelijk met kortingen op pensioenuitkeringen moeten komen, is de toepassing van premiedemping door de fondsen en de kunstmatige, politiek ingestoken, risicovrije rente waarmee de fondsen hun pensioenverplichtingen moeten berekenen.
Voor één en hetzelfde pensioencontract wordt met 2 verschillende rekenrentes gerekend: de lage risicovrije rekenrente (1,5%) voor de toekomstige verplichtingen en een aanzienlijk hogere rekenrente voor de vaststelling van de daarvoor te betalen pensioenpremies (3,5%) door de werkgever.
Deze handelwijze leidt tot scheve balansen en (te) lage dekkingsgraden bij de fondsen.
Als gevolg van de toegepaste premiedemping heeft een verschuiving (overdracht) van € 100 mld. plaatsgevonden binnen het pensioenvermogen van OUD naar JONG (Mercer 2017).
Het verschil tussen de kostendekkende pensioenpremies en de in rekening gebrachte – gedempte (dus: te lage) – pensioenpremies is in de kassen van de werkgevers achter gebleven. Daarmee vergeleken was de voorgenomen afschaffing van de dividendbelasting een schamele fooi.
Kortom: het toepassen van premiedemping – wat niet wettelijk verplicht is – en daardoor een lagere premie dan de kostendekkende premie in rekening te brengen bij de werkgevers, kan worden aangemerkt als wanbeleid van pensioenfondsbestuurders.
De door de overheid – als grootste werkgever – met goedkeuring van de meerderheid in de Tweede Kamer (VVD, D’66, CU PvdA) afgedwongen risicovrije rente voor de vaststelling van pensioenverplichtingen schaadt de belangen van zowel degenen die pensioen opbouwen en die van de gepensioneerden. Deze handelwijze van de overheid kan worden aangemerkt als onrechtmatig