Verplicht invaren en een projectierendement waarin ‘rendementsverwachtingen echt doortikken’ zijn cruciaal voor het nieuwe stelsel, zegt ABP-voorzitter Corien Wortmann. Die zaken zijn echter nog niet geregeld.
Nog geen toegang? Abonneer u op Pensioen Pro en krijg:
- Onbeperkt online toegang tot pensioenpro.nl
- Dagelijks pensioennieuws, -achtergronden en -opinie per e-mail
- Vier keer per jaar Pensioen Pro Magazine (inclusief Vermogensbeheergids) per post
- Volledig archief van Pensioen Pro en IPNederland vanaf 2009
2 reacties
Voor mij als deelnemer zijn dit ook spannende ontwikkelingen. De ervaring leert dat er de afgelopen 20 jaar alleen maar maatregelen zijn doorgevoerd die voor de nog betalende (oudere) deelnemers niet gunstig waren. Er is alleen maar “gesneden” in het met je “eigen” salaris opgebouwde pensioenvermogen/ pensioenrechten.
Deze stelselhervorming zal onderaan de streep geld/zekerheid kosten voor de deelnemers en bijna niemand zal de impact daarvan goed kunnen bevatten maar later wel voelen. Als mevr Wortmann iets wil verplichten dan komt dat over als iemand iets “door de strot” drukken wat hij wellicht helemaal niet wil. Dat voelt niet lekker, ik word er alleen maar meer achterdochtig van.
Korten van pensioenen tast eigendomsrecht aan, aldus de advocaat-generaal van het Hof van Justitie van de EU, Juliane Kokott. (zie PensioenPro van 13-05-2020)
In haar overwegingen schrijft Kokott onder meer dat korten van ‘reeds verworven rechten’ een aantasting is van het eigendomsrecht. Volgens pensioenjurist Van Meerten is het voor eerst dat dit zo duidelijk gebeurt. Hij noemt de conclusie daarom van groot belang als het kabinet bestaande rechten en aanspraken wil invaren naar een nieuw pensioencontract.
Er kan een rechtvaardiging zijn voor de inbreuk op het eigendomsrecht, aldus Van Meerten. Zo heeft de wetgever in Oostenrijk indexatie van pensioenen boven een bepaald bedrag beperkt, met als argument dat dit nodig is voor de betaalbaarheid van het pensioenstelsel.
Het lijkt onwaarschijnlijk dat dit argument voor Nederland ook opgaat. Van Meerten: ‘Ik vraag me af of je in de Nederlandse situatie hard kunt maken dat invaren nodig is voor de betaalbaarheid, als bijvoorbeeld korten al vijf keer is uitgesteld.’
Afgezien daarvan: de Nederlandse pensioen wet- en regelgeving voldoet op essentiële onderdelen niet aan de bepalingen in het EU-pensioenrecht (IORP I en II). Als dit wel het geval zou zijn geweest, dan zou nut-&-noodzaak voor een stelselwijziging ontbreken en een pensioenakkoord nooit gesloten zijn.
Mevr.Wortmann zou als bestuurder van het grootste Nederlandse pensioenfonds zich eerder druk dienen te maken over het feit dat de Nederlandse Pensioenwet haar dwingt om in strijd te handelen met EU-recht. EU-recht is immers van hogere orde dan nationale wetgeving. Blijkbaar is de vrees om door DNB te worden ‘afgetoetst’ als bestuurder een doeltreffend middel om de EU-wetgeving te negeren.