Bij invaren kan de pensioenopbouw van slapers met ruim een derde dalen. Sociale partners noemen dat toch evenwichtig. Volgens Adri van der Wurff omdat slapers doorgaans niet aan tafel zaten bij de gesprekken over de nieuwe regeling.
Het mooie van jarenlang columnist zijn, is dat je wel eens gelijk krijgt. In 2018 schreef ik een column over de slapers. En ik schreef over het kansspel dat we tegenwoordig pensioen noemen. Maar dat de combinatie van die twee onderwerpen zo giftig uitpakt, geeft me toch geen lekker zie-je-nou-wel!-gevoel.
Volgens de laatste DNB-cijfers hebben pensioenfondsen ruim 8,3 miljoen gewezen deelnemers, oftewel slapers in de boeken. Vanwege dubbeltellingen van personen noemen we het slaperspotjes. Hoeveel aan pensioenvoorzieningen al die slaperspotjes samen vertegenwoordigen, is niet te vinden op de DNB-site. Maar in de jaarverslagen 2023 van de drie koplopers, de fondsen die als eerste overgaan op het nieuwe stelsel, valt dat wel te lezen.
Relatief groot
Bij het beroepsfonds voor de Loodsen gaat het om een tiental deelnemers, maar bij het personeelsfonds van APG al over duizenden en bij het bedrijfstakfonds PWRI over tienduizenden. De bijbehorende bedragen aan pensioenverplichtingen zijn voor de fondsen relatief klein, maar voor de slapers relatief groot. Zo staat er voor de slapers bij APG gemiddeld iets meer dan een ton per persoon gereserveerd. Bij de Loodsen is dat maar liefst ruim drie ton. Bij PWRI is het begrijpelijk veel minder, €14.000.
Aantallen en bedragen die hoog genoeg zijn om er uiterst zorgvuldig mee om te springen, vooral omdat veel mensen meerdere slaperspotjes hebben. Die zorgvuldigheid was ook het voornemen. Het leek er warempel op alsof Sociale Zaken mijn eerste column over de slapers had gelezen. Want in de memorie van toelichting op het Wetsvoorstel toekomst pensioenen staan lovenswaardige dingen over de positie van de slapers.
Die slapers hadden het recht gehoord te worden bij de transitie, net als de gepensioneerden. De fondsen en sociale partners moesten dat faciliteren, want dat was cruciaal voor een evenwichtige belangenafweging. Voor de slapers is dat extra belangrijk, omdat zij niet – zoals de gepensioneerden – een vaste plek hebben in het pensioenbestuur en verantwoordings- of belanghebbendenorgaan. En we weten: wie niet aan tafel zit, kan zomaar op het menu staan.
Wensdenken
Wat is er terechtgekomen van die mooie voornemens bij de koplopers? Zoals wel vaker bij beleid en wetgeving het geval is, blijft het bij wensdenken. De sociale partners en de pensioenfondsen hebben niet in de geest van de wet gehandeld, maar naar de letter van de wet. PWRI constateert in het transitieplan dat de wet alleen voorziet in een hoorrecht voor representatieve verenigingen van gepensioneerden en/of gewezen deelnemers. Die waren er niet. Wel hebben ze overleg gevoerd met de Seniorencoalitie, maar ze maken geen melding van overleg met slapers.
Bij de Loodsen staat in het transitieplan dat er zo weinig slapers zijn dat het de moeite niet is en bij APG wordt alleen maar gesproken over het betrekken van de stakeholders (sociale partners, VO, rvt, deelnemers). Waarschijnlijk bedoelen ze daar alleen de bij vakbonden aangesloten actieve deelnemers.
Waar de gepensioneerden in het algemeen vaak – moeizaam – gehoor vonden, werden de slapers gewoon… niet gewekt. Wel zo makkelijk, maar allesbehalve netjes.
Aanzienlijk verschil
Dat zou nog tot daaraan toe zijn, maar er speelt bij slapers een specifiek probleem. Zij bouwen geen pensioen meer op en zitten straks alleen met hun overgehevelde kapitaal in de nieuwe regeling. Je kunt zeggen dat juist bij de slapers het effect van het invaren direct zichtbaar wordt: een bedrag wordt ingevaren in het nieuwe stelsel en er wordt in hun transitie-upo getoond wat dat bedrag aan pensioen gaat opleveren in goede, slechte en mediane tijden. Dat toont een aanzienlijk verschil met hun huidige, opgebouwde recht.
Dat is te zien in de transitie- en implementatieplannen. Bij PWRI verliezen slapers 36% in de 5% slechtste gevallen van de scenario’s. Dat zou acceptabel zijn omdat de mediane uitkomst 117% is en de uitkomst in het 95e-percentiel zelfs 294%. Bij de loodsen denken ze dat 26% verliezen van royaal drie ton acceptabel is, want het kan immers ook ruimschoots verdubbelen. Bij APG kan een 40-jarige slaper 35% van zijn pensioen kwijtraken en er 425% op vooruit gaan. Allemaal wijzen ze erop dat het komt door het ontbreken van een dempende werking van premie-inleg.
De fondsen en sociale partners nemen voetstoots aan dat de slapers elders weer pensioen opbouwen en het dus wel zal meevallen. De transitieplannen concluderen dat het daarom evenwichtig is. Van zzp’ers hebben de sociale partners bij het maken van hun transitieplannen blijkbaar nog nooit gehoord. DNB evenmin toen de toezichthouder de plannen goedkeurde.
Slecht weer
Tot zover de koplopers. Talloze andere transitieplannen laten zien hoe het slapers vergaat in een slechtweerscenario. Er is zelfs een conceptplan waarin de sociale partners het aanvaardbaar vinden dat 30-jarige slapers al hun rechten kwijtraken in 5%-slechtweerscenario’s. Ik ben benieuwd wat de AFM-goedgekeurde communicatie wordt om te zeggen: ‘Sorry dat ik u wakker moet maken, maar u bent uw totale inleg kwijt.’
De gemiddelde inleg, sorry, het gemiddelde slaperspotje waarop de slapers dachten te kunnen rekenen, is bij het betreffende fonds dik €258.000. Ook hier zeggen de sociale partners het acceptabel te vinden, mede vanuit de aanname dat slapers inmiddels elders pensioen opbouwen. Ook daar zijn blijkbaar geen zelfstandigen. De sociale partners hebben ervoor gekozen goed naar elkaar te luisteren in plaats van naar de slapers.
De voorstanders van het invaren zeggen ongetwijfeld dat de slapers er naar verwachting toch maar mooi op vooruit gaan. Ik wijs er nog maar eens op dat beleggingshypotheken en andere financiële producten ons geleerd hebben niet alleen naar de (positieve) verwachting en het korte-termijneffect te kijken, maar ook naar de acceptabele spreiding rond die verwachting. De hele inleg verdampt of een derde lager lijken mij niet acceptabel.
Waar sociale partners dit zonder afstemming met de doelgroep een evenwichtige en acceptabele uitkomst vinden, vind ik deze stilzwijgende, gedwongen deelname aan een casino-pensioen ons stelsel onwaardig.
Adri van der Wurff is voormalig pensioenbestuurder
Nog geen toegang? Abonneer u op Pensioen Pro en krijg:
- Onbeperkt online toegang tot pensioenpro.nl
- Dagelijks pensioennieuws, -achtergronden en -opinie per e-mail
- Vier keer per jaar Pensioen Pro Magazine (inclusief Vermogensbeheergids) per post
- Volledig archief van Pensioen Pro en IPNederland vanaf 2009
U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te mogen plaatsen.