Komen mensen rond de veertig in de knel nu we een nieuw pensioenstelsel krijgen, en hoeveel is eigenlijk ‘te weinig pensioen’? Expert Marike Knoef vindt dat te veel mensen piekeren over hun oude dag.
Nog geen toegang? Abonneer u op Pensioen Pro en krijg:
- Onbeperkt online toegang tot pensioenpro.nl
- Dagelijks pensioennieuws, -achtergronden en -opinie per e-mail
- Vier keer per jaar Pensioen Pro Magazine (inclusief Vermogensbeheergids) per post
- Volledig archief van Pensioen Pro en IPNederland vanaf 2009
1 reactie
Mevr. Knoef neemt deel in een goede pensioenregeling, bij één van de grootste fondsen in de wereld, waar veelal van elke transitiemaatregel die mogelijk is gebruik wordt gemaakt. Bij het ABP wordt van de deelnemer zelf weinig actie verwacht. Dat zij zich geen zorgen maakt over haar pensioen en/of de compensatieregeling, is te begrijpen.
Voor veel werknemers zal echter gelden dat die compensatiemaatregel voor een groot deel gaat bepalen of zij inderdaad in de buurt van die 60-70% van het huidig bruto inkomen gaan komen die als maatstaf wordt neergezet. Dan is het niet vreemd dat zij zich daarover ongerust maken. Juist omdat die nog verre van duidelijk is, maar ook nog eens omdat die compensatie mogelijk komt te vervallen bij wisseling van werkgever.
Dat nog los van het feit dat voor veel werknemers, ook die in loondienst, een ambitie van 60-70% alleen haalbaar is onder gunstige omstandigheden. Tenzij ze hier zelf actief mee aan de slag gaan, wat best een uitdaging is voor de gemiddelde Nederlander. Een klein beetje piekeren is dan wel te begrijpen.