Het bedrag ineens is een van de eerste nieuwe keuzemogelijkheden die valt onder de open norm keuzebegeleiding. Over negen maanden moeten pensioenfondsen dit mogelijk al op de rails hebben, waarschuwen Sander Baars en Mark Boumans. ‘Verwijzen naar de Belastingdienst is geen keuzebegeleiding, maar afschuiven.’
Vanaf volgend jaar hebben deelnemers die met pensioen gaan het recht maximaal 10% van hun pensioenkapitaal ineens op te nemen. Bovendien is de Wet toekomst pensioenen volgend jaar naar verwachting van kracht. Dat betekent dat pensioenfondsen vanaf dat moment keuzebegeleiding moeten aanbieden aan hun deelnemers.
De AFM heeft keuzebegeleiding dan ook hoog op de agenda gezet voor 2022. Dat is niet vreemd. De AFM maakt zich onder de huidige wetgeving al zorgen of deelnemers wel voldoende in staat worden gesteld om weloverwogen keuzes te maken. De afdronk hiervan is dat deelnemers meer gezien moeten worden als consumenten: afnemers van financieel producten, die beschermd moeten worden.
Dit maakt dat veel besturen worstelen met de vraag: wat moet worden verstaan onder keuzebegeleiding? De conceptwetgeving geeft maar in beperkte mate houvast. Wij gaan uit van de volgende definitie: ‘Keuzebegeleiding bestaat uit al die begeleidingsactiviteiten van de pensioenuitvoerder die de deelnemer doelgericht helpen een voor hem geschikte pensioenkeuze te maken die past bij zijn eigen (financiële) situatie, doelstellingen en wensen.’ Het gebruik van deze definitie geeft de sector houvast voor de implementatie van de nieuwe open norm keuzebegeleiding.
Aantrekkelijk
De invoering van het keuzerecht bedrag ineens is een nieuwe keuzemogelijkheid. De deelnemer kan ervoor kiezen om maximaal 10% van zijn pensioenkapitaal op pensioendatum op te nemen. Voor veel deelnemers is het een aantrekkelijk perspectief om het bedrag ineens op te nemen en naar eigen inzicht te besteden.
De vraag is of opname van een bedrag ineens altijd in het belang van de deelnemer is. Een deelnemer kan financieel beter af zijn wanneer hij geen bedrag opneemt of een lager percentage dan het maximum. Met de opname van een bedrag ineens daalt uiteraard het pensioen straks. De opname van het bedrag ineens kan bijvoorbeeld ook nadelige effecten hebben voor de inkomstenbelasting en toeslagen.
De gevolgen voor toeslagen zijn complex. Daar ontstaat het risico dat een deelnemer een keuze maakt en pas een jaar later wordt geconfronteerd met de nadelige gevolgen. De Belastingdienst zal eventueel te veel ontvangen toeslagen terugvorderen. Bij de opname van bijvoorbeeld €10.000, kan dat zomaar duizenden euro’s aan huur- en zorgtoeslag schelen.
Omvang vraagstuk
Uit onderzoeken blijkt, dat tussen de 20% en 60% van de pensioengerechtigden van dit keuzerecht gebruik wil maken. In 2020 gingen volgens het CBS 94.000 werknemers met pensioen. Dat betekent dat tussen de 19.000 en 56.000 gepensioneerden voor het bedrag ineens kiezen, of dit overwegen.
Nederland telt 8 miljoen huishoudens, waarvan 4,6 miljoen een zorgtoeslag en 1,5 miljoen een huurtoeslag ontvangen. Een forse groep mensen loopt het risico als gevolg van de keuze voor het bedrag ineens een lagere of zelfs geen zorg- of huurtoeslag te ontvangen.
Hardnekkig
Wij vinden dat pensioenfondsen echte begeleiding moeten bieden bij de keuze voor het bedrag ineens. Ze moeten de financiële gevolgen van de keuze voor het bedrag ineens voor een deelnemers inzichtelijk maken en adviseren over dergelijke keuzes binnen de regeling. Het is een hardnekkig misverstand dat pensioenfondsen niet mogen adviseren. Zij mogen namelijk wel adviseren over de pensioenkeuzes van deelnemers. Dit is expliciet bevestigd door de consultatiewetgever. Ook de AFM heeft laten weten dat fondsen aanbevelingen aan deelnemers mogen doen.
Onder het mom van niet mogen adviseren, verwijzen naar de Belastingdienst voor de impact op bijvoorbeeld toeslagen, is geen adequate keuzebegeleiding. Dat is afschuiven en wachten op ongelukken. De AFM geeft dan ook de aanbeveling dat keuzemogelijkheden goed doorgrond moeten kunnen worden.
Praktisch
Met beproefde online hulpmiddelen kunnen fondsen de pensioensituatie van de deelnemer (en hun partner) in kaart (laten) brengen, inclusief de bredere financiële situatie. Voor de beoordeling van een keuze over bedrag ineens maakt het natuurlijk wel uit of je over een beetje spaargeld beschikt, of een forse aandelenportefeuille. Of bijvoorbeeld een huurhuis, of juist een koopwoning met ruime overwaarde. Keuzebegeleiding betekent dat deelnemers zelf de consequenties van keuzes kunnen verkennen en een adviseur kunnen raadplegen. Uit Zweedse ervaringen blijkt dat de combinatie van een online module en de mogelijkheid van persoonlijk contact met een adviseur het optimum vormt tussen kosten, risicobeheersing en deelnemersbehoeften.
Belangen synchroon
Pensioenfondsen moeten hun deelnemers adviseren over de keuzes binnen de regeling. Anders laten ze de deelnemers in de kou staan. De belangen van pensioenfondsen en van deelnemers zijn hiermee gediend. De deelnemer wordt geholpen bij een lastige keuze met potentieel ongewenste en verstrekkende gevolgen, die bovendien niet meer kunnen worden teruggedraaid. Pensioenfondsen laten zo zien dat ze deelnemers behoeden voor onverstandige beslissingen. En dat is nu net waar keuzebegeleiding over gaat.
Sander Baars en Mark Boumans zijn werkzaam bij Montae & Partners.
U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te mogen plaatsen.