Vorige maand deed het Hof van Justitie van de Europese Unie een uitspraak over pensioenen. Hoogleraren Hans van Meerten en Erik Lutjens kruisen de degens over de gevolgen daarvan voor het invaren van bestaande pensioenrechten in het nieuwe stelsel.
Nog geen toegang? Abonneer u op Pensioen Pro en krijg:
- Onbeperkt online toegang tot pensioenpro.nl
- Dagelijks pensioennieuws, -achtergronden en -opinie per e-mail
- Vier keer per jaar Pensioen Pro Magazine (inclusief Vermogensbeheergids) per post
- Volledig archief van Pensioen Pro en IPNederland vanaf 2009
1 reactie
Ik begrijp de verwijzing van Van Meerten naar “de recente ontwikkelingen rond het nabestaandenpensioen” niet. Ik neem aan dat hij de uitspraak van het Hof Den Bosch van 8 oktober 2019 (ECLI:NL:GHSHE:2019:3663 bedoelt. Maar dan vergelijkt hij appels met peren. In deze zaak wijzigde een werkgever de pensioenregeling waardoor sprake was van een verslechtering voor de deelnemer, zonder dat de deelnemer hier welbewust mee instemde. Dat dat geen rechtsgeldige wijziging van de pensioenovereenkomst inhoudt, is al bekend sinds het CZ-arrest uit 2010 (ECLI:NL:HR:2010:BK3570). Maar dat is hier de kwestie niet. De vraag is of er sprake is van inbreuk op eigendom als de overheid via het aanpassen van het individueel bezwaarrecht de regelgeving zodanig wijzigt dat wel sprake is van een rechtsgeldige wijziging, zonder dat iedere deelnemer daar individueel bezwaar tegen kan maken. En dat is juridische iets wezenlijks anders.