PME, PMT en ABP reageren terughoudend op het pleidooi van het ministerie van Defensie en de NAVO om de investeringen in wapenfabrikanten op te voeren.
Zowel minister van Defensie Kajsa Ollongren als de NAVO riepen onlangs grote beleggers op wapenmakers niet uit te sluiten. ‘We zien nu dat we de wapenindustrie gewoon nodig hebben. Categorisch uitsluiten leidt ertoe dat wij ook onszelf niet meer goed kunnen verdedigen’, aldus Ollongren in het FD.
PME noemt de oproep ‘nogal gratuit’. ‘Pensioenfondsen plaatsen zelf geen defensieorders, dat doen overheden’, stelt de woordvoerder van PME. Hij wijst erop dat Nederland sinds 2010 nog nooit in de buurt heeft gezeten van de 2%-norm van de NAVO. ‘Een sterke defensiesector begint bij concrete langetermijninvesteringen. Defensiebedrijven investeren pas in nieuwe productielijnen wanneer zij zeker weten dat er de komende jaren jaarlijks flinke orders binnenkomen van bepaalde types materieel.’
Een woordvoerder van PMT zegt ‘enige voorzichtigheid bij beleggers en financiers wel te begrijpen’, omdat een deel van de defensie-industrie betrokken is bij de productie van controversiële wapens. ‘We hebben geen zicht op een eventueel financieringstekort binnen de defensie-industrie en kunnen op basis van beschikbare informatie niet beoordelen of beleggers te terughoudend zijn’, aldus de PMT-woordvoerder. ABP vindt dat defensiepersoneel voldoende bewapend moet zijn. Het fonds ziet geen reden het eigen beleggingsbeleid in deze sector aan te passen.
‘Wonderlijk investeringsadvies’
Pensioenfondsen hebben hun belangen in de wapenindustrie om esg-redenen de laatste jaren verminderd (zie kader). Dat valt niet goed bij het ministerie van Defensie en de NAVO. Minister Ollongren zei vorige maand dat fondsen hun uitsluitingsbeleid moeten herijken.
Het ministerie spreekt in een toelichting over een ‘heroriëntatie’ op de vraag of investeren in defensiebedrijven wel of niet verantwoord is. Het ministerie verwacht dat door modernisering van de krijgsmacht meer orders komen voor de defensiesector. ‘Om aan de veranderende vraag te kunnen voldoen, zal de defensiegerelateerde industrie toegang moeten houden tot financiële diensten’, aldus het ministerie.
Een soortgelijk geluid klinkt vanuit de NAVO. Onlangs noemde Rob Bauer, voorzitter van het militair comité van de NAVO, in het tv-programma Buitenhof het uitsluiten van wapenfabrikanten een ‘wonderlijk investeringsadvies’. ‘Het is een beetje gek dat het vermogen om jezelf te kunnen verdedigen als niet-ethisch wordt gezien. Ik roep op om die regels te veranderen, zodat we wel weer kunnen investeren in onze eigen defensie-industrie.’
ESB: Fors minder beleggingen in wapenindustrie
In totaal daalden de Nederlandse beleggingen in de wapenindustrie sinds 2016 met twee derde, meldt economenvakblad ESB op basis van data van DNB. Het gaat dan om zowel aandelen als schuldpapier. De afname is vooral het gevolg van verkopen die voortvloeien uit het esg-beleid, aldus het ESB-artikel. Bedroegen de beleggingen eind 2016 nog €4,7 mrd, eind vorig jaar was dit geslonken naar €1,5 mrd. Pensioenfondsen en beleggingsfondsen zijn verantwoordelijk voor 90% van dit bedrag. Als percentage van het totaal belegd pensioenvermogen maakt het weinig uit: het belang daalde van 0,3% naar 0,1%.
Nucleaire keten
Het beleid bij pensioenfondsen om de defensie-industrie deels te mijden is vooral gebaseerd op internationale verdragen tegen het gebruik van clustermunitie, chemische en biologische wapens en antipersoonslandmijnen. In 2017 kwam daar het VN-verdrag over het verbod op nucleaire wapens bij, dat ook concerns uitsluit die te relateren zijn aan het gebruik van kernwapens.
Dat hoeft niet per se alleen de productie ervan te zijn, de hele keten valt onder de uitsluiting, aldus een woordvoerder van PME. Als voorbeeld noemt hij Boeing, omdat ‘dit concern meewerkt aan het onderhoud van het Amerikaanse kernwapenarsenaal.’ Vanwege de ban op de volledige keten vielen veel bedrijven af, aldus de woordvoerder. Op de uitsluitingslijst van ABP is te zien dat verreweg de meeste defensiebedrijven worden gemeden vanwege deelname aan de nucleaire keten. Daaronder zijn bekende concerns als Airbus, Thales, Leonardo, Honeywell, Boeing en Lockheed Martin.
Hoogwaardig defensiemateriaal
ABP, PME en ook PMT zeggen niet principieel tegen beleggingen in wapenfabrikanten te zijn, zolang ze maar vallen binnen het eigen wapenbeleid. Een woordvoerder van ABP reageert dat onder het fonds ook de medewerkers van politie en defensie vallen. ‘De overheid en ook ABP vinden het belangrijk dat zij beschikken over de middelen om hun taken uit te oefenen. En daarom beleggen wij in wapens.’ Een voorbeeld is General Electric, dat een defensiedivisie heeft, en waarin ABP €110 mln heeft belegd. Ook bij PMT kwam dit concern in aanmerking, maar vanwege te magere duurzaamheidsprestaties zit GE toch niet in de PMT-portefeuille.
PME vindt de defensiesector belangrijk, aldus de woordvoerder. ‘We dragen deze een warm hart toe. Wij staan als fonds zeer dichtbij de sector met aangesloten werkgevers als Fokker, Scania, Damen Shipyards en DAF. Het zijn bedrijven die hoogwaardig defensiematerieel produceren voor onder andere de Nederlandse en Belgische overheid.’
Ook bij de deelnemers ziet PME een positievere houding, betoogt de woordvoerder. ‘Voor de oorlog in Oekraïne was bijna driekwart van onze deelnemers tegen beleggingen in wapens. Sinds maart zien we bij twee recente bijeenkomsten met onze achterban dat er meer steun is voor beleggingen in defensie.’ PME had per eind september voor €113 mln aan defensiebeleggingen.
U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te mogen plaatsen.