Direct naar inhoud

Gepensioneerden en slapers nauwelijks bekend met hoorrecht — artikel bevat een betaalmuur

Dit artikel heeft een betaalde toegangsblokkering, wat betekent dat een deel van de inhoud pas kan worden gelezen als u bent ingelogd en een geldig abonnement heeft.

Geplaatst in genre: Geplaatst in sectie:
Geschreven door:
Gepubliceerd op: 15 november 2024

Een kleine minderheid van gepensioneerde en slapende deelnemers is bekend met het hoorrecht; de beleving ervan is niet onverdeeld positief en als sociale partners het veronachtzamen, dan kan dat verstrekkende gevolgen hebben.

Debat pensioenonderwerpen verplaatst

Het Kamerdebat over pensioenonderwerpen ging gisteren niet door. Vanwege de uitgestelde behandeling van het belastingplan, dreigden meerdere pensioenwoordvoerders dit te missen. ‘Zonde’, aldus Luc Stultiens (GroenLinks-PvdA). ‘Belastingen en pensioenen zijn te belangrijke onderwerpen om af te raffelen.’ Een ruime Kamermeerderheid steunde het verzoek om uitstel. Het debat over pensioenonderwerpen is verplaatst naar volgende week donderdag, 21 november.

Dat blijkt uit onderzoeken die Sociale Zaken heeft laten uitvoeren naar het hoorrecht. Aanleiding was een motie van NSC en BBB. Die vroeg onafhankelijk te laten onderzoeken of het
hoorrecht in de praktijk voldoet aan de wensen van deelnemers
en of het juridisch voldoet. De bekendheid met het hoorrecht is laag, constateert Ipsos I&O op basis van een representatieve peiling onder 18-plussers. Zo geeft van de ondervraagde gepensioneerden 5% aan op de hoogte te zijn van het hoorrecht en te weten wat dit inhoudt, nog eens 10% kent het alleen van naam. Bij de slapers zijn die percentages respectievelijk 2% en 5%. In totaal weet 15% van de gepensioneerden en 7% van de slapers uit zichzelf dat er hoorrecht is. Na uitleg van de onderzoekers over hoorrecht en verenigingen voor hoorrecht stijgt de bekendheid naar 18% (gepensioneerden) en 10% (slapers).

De deelnemers die uit zichzelf bekend zijn met het hoorrecht kregen vervolgens de vraag of zij hebben gehoord van een hoorrechtvereniging. Ongeveer de helft van deze gepensioneerden en slapers had hier nog nooit van gehoord.

Beleving hoorrecht

Foto: ANP / Hollandse Hoogte / Patricia Rehe

Ook onderzoek van EY wijst op een lage bekendheid: 19% van de gepensioneerden en slapers, verder niet uitgesplitst. EY baseert zich op een enquête onder deelnemers van een twee pensioenfondsen. Het bureau had twintig fondsen gevraagd vragen uit te zetten onder deelnemers, maar vrijwel alle fondsen bedankten daarvoor. Ze noemden als reden onder meer drukte vanwege de transitie. In antwoord op Kamervragen over de onderzoeken liet minister Van Hijum gisteren weten dat twee van de twintig benaderde fondsen vragen hebben uitgezet. Hoeveel deelnemers deze fondsen hebben en in welke fase van de transitie die zich bevinden laat Van Hijum in het midden, omdat dit ‘herleidbare informatie op fondsniveau’ is.

In zijn verslag gaat EY vooral in op de beleving van het hoorrecht, gebaseerd op zes casestudies. Volgens de onderzoekers kan het hoorrecht goed werken ‘mits alle betrokken stakeholders het willen laten slagen’. ‘Daar zijn enkele goede voorbeelden van, maar in het merendeel van de case studies was dat niet het geval’, luidt de conclusie. Frictie ontstond onder meer vanwege de rolverdeling tussen vakbonden en hoorrechtverenigingen.

Te weinig tijd voor hoorrecht

Wat ook wringt, is de tijd die voor het hoorrecht is ingeruimd. ‘In een aantal gevallen delen de sociale partners achteraf de mening dat het wellicht beter was geweest als er voor het hoorrecht meer tijd was ingeruimd in de planning’, aldus het onderzoek, dat ook stilstaat bij de oproep gebruik te maken van het hoorrecht. ‘Bij één van de zes gevallen (een groot fonds) is in het geheel geen aankondiging onder de deelnemers gedaan dat er sprake was van een hoorrecht; niet door de vakbonden en niet door het pensioenfonds.’ Volgens EY was er bij dat fonds geen vereniging en ‘en dus was er geen sprake van het hoorrecht’.

Verder lag er soms al een definitief transitieplan vóór het uitoefenen van het hoorrecht. ‘De vraag is daarbij of het hoorrecht in dit soort situaties gefrustreerd wordt, maar in ieder geval beïnvloedt dit de beleving van partijen’, merken de onderzoekers op.
De bevindingen zijn zo opgeschreven dat ze niet te herleiden zijn tot individuele fondsen. Pensioen Pro berichtte eerder over het ongenoegen van gepensioneerden bij ABP, omdat hun inbreng niet van invloed was op het transitieplan.

Juridische toets

Advocaat Jorn de Bruin onderzocht of het hoorrecht juridisch voldoet en concludeert dat dit het geval is, zij het in de context van andere momenten waarop de belangen van gepensioneerden en slapers bij het invaren worden meegewogen. Concreet zijn dit bijvoorbeeld de toetsing van het invaren door DNB en het goedkeuringsrecht van de raad van toezicht.

De Bruin heeft ook een waarschuwing die is gebaseerd op de inventarisatie van jurisprudentie bij andere vormen van hoorrecht. Als sociale partners dit ‘hebben veronachtzaamd’ en het niet of onvoldoende naleven, dan kan de rechter oordelen dat een besluit onjuist tot stand is gekomen – en vernietigbaar is. Dat kan verstrekkende gevolgen hebben voor een invaarbesluit van het pensioenfonds, aldus De Bruin.

Hij noemt expliciet de eigen verantwoordelijkheid van pensioenfondsen zich ervan te verzekeren dat de opvatting van gepensioneerden en slapers is meegewogen in het invaarverzoek, onder verwijzing naar de analyse van Niek Peters: deelnemers zullen hun pijlen met name richten op het pensioenbestuur als ze ontevreden zijn over een invaarbesluit. ‘Alleen die omstandigheid maakt al dat pensioenfondsbestuurders slechts een invaarbesluit zouden moeten willen nemen waar zij zich volkomen comfortabel bij voelen.’

Herstel in implementatiefase

In zijn samenvatting van de onderzoeken voor de Kamer memoreert minister Van Hijum een inventarisatie van transitieplannen die uitwijst dat in ‘60% van de gevallen verenigingen zich hebben gemeld in het kader van het hoorrecht’. Die bevinding had zijn voorganger op het pensioendossier, Carola Schouten, dit voorjaar ook met de Kamer gedeeld, als uitkomst van een quickscan het het hoorrecht. Op de waarschuwing van De Bruin over de gevolgen van veronachtzaamd hoorrecht gaat hij indirect in, door te wijzen op de verantwoordelijkheid van fondsbesturen. De onderliggende boodschap is dat er geen reden voor zorg is. ‘Want al zou het hoorrecht op niet juiste wijze qua proces of inhoud zijn toegepast in de arbeidsvoorwaardelijke fase, dan biedt de implementatiefase nog voldoende uitkomst voor herstel’, schrijft de minister.

Delen op sociale media

Gerelateerde artikelen

Nog geen toegang? Abonneer u op Pensioen Pro en krijg:

  • Onbeperkt online toegang tot pensioenpro.nl
  • Dagelijks pensioennieuws, -achtergronden en -opinie per e-mail
  • Vier keer per jaar Pensioen Pro Magazine (inclusief Vermogensbeheergids) per post
  • Volledig archief van Pensioen Pro en IPNederland vanaf 2009

U moet ingelogd zijn en een geldig abonnement hebben om een reactie te mogen plaatsen.