Viip: quotum van 30% vrouwen is nodig — artikel bevat een betaalmuur

Wat mij betreft gaat diversiteit veel verder dan alleen meer vrouwen in besturen van pensioenfondsen. Zie artikel Milliman over “De kracht van diversiteit bij risico-denken”, 18 december 2017.

Quota zijn naar mijn mening niet de juiste weg. Bij het bpf waar ik zelf voorzitter van ben bestond tot voor kort het bestuur uit 40% vrouw en binnenkort 30%. Wij hadden bij de vervanging van een vrouwelijke bestuurder de voorkeur voor een vrouw uitgesproken, maar in dit geval was een mannelijke kandidaat gewoon de beste. Overigens was de vacature ook bij de Viip geplaats, maar je hebt als middelgroot fonds ook te maken met de interesse van de kandidaten in jouw fonds. Overigens bestaat onze RvT binnenkort uit 1 man en twee vrouwen, waaronder de voorzitter. Dus waarom zou ik tegen quota zijn? Binnen een paritair pensioenfonds bestuur heb je al te maken met allerlei regels over de samenstelling van het bestuur, zoals de aanwezigheid van vertegenwoordigers van pensioengerechtigden, die volgens eigen regels alleen bij ons fonds met pensioen moeten zijn gegaan. Ben ik erg voor, maar 90% van onze gepensioneerden die een ouderdomspensioen ontvangen zijn mannen en degenen die ze moeten kiezen in het vao 100%. Bij de actieven zijn er 80% mannen. Dus de vijver waaruit we vrouwelijke deelnemers voor een bestuurslidmaatschap moeten rekruteren is dus gewoon klein. En de marges voor vrije keuzes smal. Een quotum dwingt dan tot keuzes, die niet automatisch leiden naar de beste kandidaat. En nogmaals, de juiste vrouwen, en die zijn er, moeten natuurlijk ook nog eens geinteresseerd zijn in je fonds. Misschien een doekje voor het bloeden, we hebben het voornemen binnenkort een trainee van het pensioenlab in het bestuur op te nemen: deskundig, vrouw en jong!