De invoering van het nieuwe stelsel moet de weg vrijmaken voor eenvoudiger ict-systemen. Jeroen van Schaik en Wouter Boeser waarschuwen dat de verwachtingen soms te hoog gespannen zijn omdat eenvoud niet het leidende principe is bij het ontwerp van nieuwe regelingen.
Kosten besparen op administratiesystemen door samenwerking lijkt logisch. De invoering van het nieuwe pensioenstelsel wordt daarbij gezien als een goed moment, zoals Ruud Lahr en Arnoud Reesink ook stellen in hun opiniestuk ‘Stop met al die verschillende administratiesystemen en werk meer samen’. Als dit in de praktijk een makkelijke exercitie is, dan zouden meer pensioenuitvoerders dit direct doen en is het inderdaad een no-brainer. De praktijk is echter een stuk weerbarstiger. Bij de uitwerking en realisatie van details blijkt vaak dat zulke exercities in de pensioensector een stuk complexer zijn dan ze van een afstand lijken.
Varianten
Pensioenregelingen, flexibiliteit, communicatie en pensioenuitvoering verschillen in de praktijk, waardoor bij implementaties een gemene deler soms moeilijk te vinden is en veel verschillende varianten en uitzonderingen toch allemaal mogelijk dienen te zijn. En hoe komen de belangen en agenda’s van verschillende uitvoerders samen tot hun recht? De druk op dezelfde ontwikkel- en implementatiecapaciteit is evident, maar daar wordt vaak makkelijk overheen gestapt. Zie bijvoorbeeld het artikel Achmea start migratiefabriek op voor 25 fondsen. Verschillende implementaties en migraties in een samenwerkingsverband zullen toch claims op dezelfde capaciteit leggen.
Versimpeling
De transitie naar dc wordt gezien als de heilige graal waarbij regelingen en systemen makkelijker worden. Dat kan als pensioenfondsen en uitvoerders inderdaad overstappen op uniforme regelingen. In een uniforme, eenvoudige regeling kunnen de echte kosten worden bespaard. De Nederlandse pensioensector inclusief sociale partners is echter gewend om iets moois te verzinnen en het ‘over de muur te gooien naar softwareleveranciers’ met de opdracht: ‘en nu moet jij het maken’.
Hierbij speelt ook dat de wetgeving pensioenuitvoerders veel vrijheid biedt zaken zelf in te richten. Denk aan de keuzemogelijkheden bij de toedeling van rendementen en de positie van de solidariteitsreserve. Ook zien we al conceptregelingen voorbij komen die zeker niet zijn ontworpen met als hoofddoel eenvoud. Vereenvoudiging heeft gewoonweg nog niet de hoogste prioriteit. Het wordt vaak niet als dwingend ontwerpprincipe meegenomen, ook al is dit in het voordeel van de deelnemers.
Buitenlandse aanbieders
De overgang naar een stelsel gebaseerd op dc biedt ook kansen voor buitenlandse softwareleveranciers. Maar dat een buitenlands dc-systeem zomaar past op het Nederlandse stelsel is simplistisch gesteld. Lokaliseren van een platform voor de pensioenuitvoering en daarmee een Nederlandse laag creëren op een buitenlands systeem is nog steeds een majeure exercitie. De duivel zit in de details.
Wellicht kan het dc-product eenvoudig geconfigureerd worden, maar daarnaast dienen alle pensioenuitvoeringsprocessen en gebeurtenissen geschikt te worden gemaakt voor de Nederlandse markt, inclusief de toepassing van wet- en regelgeving. Ook het bestaan van gebeurtenissen en processen, waar andere landen niet bekend mee zijn, moet niet worden onderschat. De verwerking van echtscheidingen met verevening is bijvoorbeeld een specifiek Nederlands proces dat in het Engelse en Deense stelsel bijvoorbeeld niet voorkomt.
Bovendien moet rekening worden gehouden met andere, typisch Nederlandse pensioenelementen zoals facturatie, de omgang met premie-inning, verschillende dienstverbanden, salariscomponenten, deeltijdgegevens en arbeidsongeschiktheid, evenals alle interfaces met Nederlandse instanties.
Moderne platformen vervangen zelfbouwsystemen
Het kantelpunt is in elk geval dat moderne generieke platformen veel van de huidige zelfbouwsystemen gaan vervangen om zo de belofte van een efficiënte en compliant uitvoering waar te kunnen maken. Maar dat betekent niet dat het allemaal eenvoudiger wordt. Nederlandse regelingen blijven relatief complex en samenwerking tussen pensioenuitvoerders is vaak een struikelblok.
Jeroen van Schaik en Wouter Boeser zijn beiden principal consultants bij Keylane